Onttrekkingsverbod oppervlaktewater voor beregenen gewassen

[Stigter]

Waterschap Scheldestromen stelt vanaf 25 mei een onttrekkingsverbod in voor het onttrekken van water uit oppervlaktewater voor het beregenen van gewassen. Door de aanhoudende droogte daalt het peil in de waterlopen binnen het beheergebied van het Zeeuwse waterschap.

Ook voor de komende tijd wordt droog weer verwacht. Om de daling van de peilen in de sloten en waterlopen te vertragen, heeft het dagelijks bestuur besloten om met ingang van 25 mei geen onttrekkingen uit het oppervlaktewater voor het beregenen van gewassen meer toe te staan. Daarmee probeert het waterschap de daling van de grondwaterstand tegen te gaan.

Het onttrekkingsverbod geldt voor de gehele provincie Zeeland, uitgezonderd de gebieden met wateraanvoer: De Reigersbergsche Polder, de Eerste Bathpolder, het gebied ten oosten van het Schelde-Rijnkanaal, Tholen en Sint Philipsland. Wanneer het waterschap het verbod intrekt is nog onduidelijk. Dat is volkomen afhankelijk van het weer.

De aanhoudende droogte heeft in Zeeland geen invloed op de stabiliteit van de dijken. Wel zullen her en der droogtescheuren in de kleilaag ontstaan. In september, voor aanvang van het stormseizoen, wordt jaarlijks gecontroleerd of de eventueel aanwezige droogtescheuren in de kleilaag zich hersteld hebben. Zo nodig worden dan maatregelen getroffen.
Bron Agri Holland
en

Met ingang van 24 mei is het verboden om water te onttrekken uit beken en sloten in een groot deel van het gebied van Waterschap De Dommel. Het verbod duurt tot een nog nader vast te stellen tijdstip. De hoeveelheid neerslag en het herstel van de waterstanden bepalen dat tijdstip. Het waterschap kondigt het verbod af om te voorkomen dat er te weinig water in de beken en rivieren overblijft. Vorig jaar werd een dergelijk verbod voor hetzelfde gebied op 26 juni afgekondigd.

Het verbod geldt voor vaste onttrekkingsinstallaties, maar ook voor mobiele installaties, zoals zuigwagens en giertonnen. Het drenken van vee en het bestrijden van brand met water uit beken of sloten is wel toegestaan.

Te weinig water in sloten en beken kan ernstige gevolgen hebben voor de waterkwaliteit, de grondwaterstand en de flora en fauna. Een verbod wordt afgekondigd als de hoeveelheid water die door een beek stroomt minder dan 10% is van het jaargemiddelde en de weersvooruitzichten aangeven dat er de komende weken geen neerslag van betekenis valt.

Het waterpeil in veel beken staat nu beduidend lager dan dat dat gebruikelijk is in de zomer. Bij andere beken is het peil wel redelijk, maar is de doorstroming van het water minder. De meeste hooggelegen sloten staan droog. De verwachting is dat er ook de komende weken weinig neerslag zal vallen. Een verdere verlaging van de waterstand en afname van de stroming wil het waterschap zoveel mogelijk voorkomen.

Zie voor een overzicht van de sloten en beken waarvoor het verbod geldt de site van Waterschap De Dommel.

Bron Agri Holland


Welk waterschap volgt? Want het is toch wel heel erg droog!

Hier in Delfland zijn men al noodreparaties aan de dijken aan het uitvoeren.

[Koen]

In de herfst zetten ze je land onderwater en dan heb je het water een keer nodig en mag je het weer niet gebruiken...

[Arjan]

In de herfst zetten ze je land onderwater en dan heb je het water een keer nodig en mag je het weer niet gebruiken...

tis ook nooit goed he

[Stigter]

Dit doen ze natuurlijk niet voor niets. Op dit moment is het gewoon heel erg droog. Door te beregenen wordt het waterpeil nog lager, waardoor alles zakt, ook het grondwaterpeil. Dit kan behoorlijk veel schade veroorzaken.

Bij mij in de regio moeten al dijken worden hersteld vanwege de droogte, we leven pas in mei.. stel dat dit doorzet.. Dan hebben we toch een groot probleem.

[Arjan]

tja alle oogsten naar de kloten laten gaan is ook wat. Is wel mooie manier om gelijk alle akkerbouwers naar de kloten te laten gaan.
maar tja je moet wat.

[Stigter]

Tja, misschien proberen ze wel de akkerbouwers te helpen op deze wijze, verzilting tegen te gaan.. zie ook

Het Rijk en een aantal waterschappen hebben op 17 mei maatregelen genomen om de dreiging van verzilting in West-Nederland het hoofd te bieden. Oorzaak van het zoetwatertekort is de langdurige droogteperiode in heel West Europa. Door inzet van de Kleinschalige Wateraanvoervoorziening (KWA) wordt zoet water meer bovenstrooms uit de Lek en het Amsterdam-Rijnkanaal gehaald. Het hoogheemraadschap van Rijnland maakt hiervan gebruik.

"Onder normale omstandigheden levert de Rijn meer dan genoeg water om in perioden van neerslagtekort aan de vraag te kunnen voldoen", licht Gerard Doornbos dijkgraaf van het hoogheemraadschap van Rijnland toe. "Bij Gouda heeft Rijnland een inlaatpunt, waar rivierwater wordt binnengehaald uit de Hollandsche IJssel, die weer door de Rijn wordt gevoed. De Hollandsche IJssel stroomt aan de westkant uiteindelijk in de Noordzee. Als de Rijnafvoer laag is, door langdurige droogte in Duitsland en minder smeltwater in Zwitserland, krijgt het zeewater door de verminderde tegendruk van boven, meer kans naar binnen te dringen. Als die indringing het inlaatpunt bij Gouda bereikt, dreigt verzilt water te worden ingelaten."

Gemaal de Aanvoerder
Rijkswaterstaat regelt de verdeling van water over Nederland en stelt het water beschikbaar voor de KWA. Het water wordt nu aangevoerd vanuit een punt waar de zee geen invloed heeft: de Lek en het Amsterdam-Rijnkanaal. Deze aanvoer vindt plaats via gemaal De Aanvoerder in De Meern, dat hiervoor speciaal is gebouwd. Waterschap de Stichtse Rijnlanden zorgt vervolgens voor het transport van het water richting het gebied van het hoogheemraadschap van Rijnland, dat het water wil gebruiken. Indien nodig kan Rijnland weer een deel van het aangevoerde water doorgeven aan de waterschappen Delfland en Schieland.De KWA zorgt voor een aanvoer van 6,9 m3 per seconde. Dat betekent dat ter hoogte van Bodegraven 6900 liter zoet water per seconde de boezem van Rijnland binnenkomt. Het waterschap Rijnland gebruikt dit water voor peilhandhaving.

Gevolgen voor de scheepvaart
De aanvoer van extra water zorgt voor extra stroming en hogere waterstanden en dus lagere doorvaarthoogten bij bruggen. Hierdoor is het nodig om een vaarverbod uit te vaardigen en de scheepvaart op bepaalde routes te stremmen. Daarom stelt De Stichtse Rijnlanden vanaf 19 mei 15:00 uur tot nader order een vaarverbod in op de Leidsche Rijn, vanaf de Haanwijkersluis in Harmelen tot aan het Amsterdam-Rijnkanaal in Utrecht. Ter hoogte van gemaal de Aanvoerder worden de speciale deuren in de Leidsche Rijn gesloten. Scheepvaartverkeer op de Oude Rijn, Grecht, Dubbele Wiericke, Montfoortse Vaart, Korte en Lange Linschoten, Kromwijkerwetering en Jaap Bijzerwetering moet rekening houden met tijdelijk hogere waterstanden. Bij de sluis in Bodegraven wordt beperkt geschut. De Haanwijkersluis in Harmelen is geheel gestremd. Vanwege de verhoogde stroomsnelheid raadt De Stichtse Rijnlanden mensen ook zeer sterk af om te zwemmen bij de Haanwijkersluis.

Maatregel blijft voorlopig van kracht
De duur van de KWA maatregel is moeilijk te voorspellen. Zolang de droogte aanhoudt en de aanvoer van zoet water beperkt is en er bij het inlaatpunt Gouda nog sprake is van verhoogd chloridehoudend water, blijft de maatregel van kracht. De partijen die samen de KWA realiseren zijn de waterschappen De Stichtse Rijnlanden, Delfland, Rijnland en Schieland en de Krimpenerwaard en Rijkswaterstaat Utrecht. De KWA is voor het laatst in 2003 ingezet.

Bron Agri Holland